Chelatietherapie meer speciale onderwerpen  

 Het onderstaande is de letterlijke vertaling van de online versie van de Merck Manual, consumer version.    Lees meer over de Merck Manuals.

Let op:  in deze pagina moeten nog de broodnodige links worden aangebracht.

Chelatie, een biologisch gebaseerde praktijk, beschrijft een chemische reactie waarbij bepaalde moleculen zich binden aan metaalatomen (zoals calcium, koper, ijzer of lood). Chelaterende medicijnen, zoals ethyleendiaminetetraazijnzuur (EDTA), binden zich aan metalen zodat ze uit het lichaam kunnen worden uitgescheiden. Dergelijke medicijnen worden in de conventionele geneeskunde vaak gebruikt om loodvergiftiging, overdosis ijzer en andere zware metaalvergiftigingen te behandelen. (Zie ook Overzicht van integratieve, complementaire en alternatieve geneeskunde).

Beoefenaars van chelatietherapie geloven dat veel aandoeningen worden veroorzaakt door een teveel aan een metaal in het lichaam, zelfs als mensen niet zijn blootgesteld aan het metaal en bloedonderzoek geen hoge niveaus van het metaal laat zien. Daarom behandelen ze veel verschillende aandoeningen met chelatiemedicijnen.

Medicinaal gebruik   
Chelatietherapie met EDTA is ook voorgesteld als een manier om calcium te verwijderen en zo atherosclerose te behandelen en hartaanvallen en beroertes te helpen voorkomen. Studies suggereren echter dat deze voordelen van chelatietherapie onbeduidend of niet-bestaand zijn.

Mogelijke bijwerkingen   
Bijwerkingen van chelatietherapie om calcium te verwijderen zijn onder andere een laag calciumgehalte, wat ernstig kan zijn en zelden fataal. Andere mogelijke bijwerkingen van EDTA zijn lage bloeddruk, braken, vermoeidheid, hoofdpijn, toevallen en spier- en gewrichtspijnen. Het gebruik van chelatietherapie kan ook schade veroorzaken door het veranderen van andere chemische processen in het lichaam, waaronder het veroorzaken van een lage bloedsuikerspiegel.


Bronnen:


  Einde van de pagina