|
Wat is het?
Onder schouderklachten verstaan we pijn in het schoudergebied, met of zonder beperking van de bewegingsuitslag van de schouder.
Het schoudergebied beslaat de schouder en bovenarm, inclusief het schouderblad; de basis van de nek vormt de bovengrens van dit gebied, de elleboog de ondergrens
Schouderklachten komen frequent voor; het betreft de twee na meest voorkomende klacht van het bewegingsapparaat. De incidentie in de huisartsenpraktijk is
35 episoden per 1000 persoonsjaren; de jaarlijkse prevalentie is 3,1%. In de algemene bevolking is de prevalentie hoger; slechts 40% van de patiënten met
schouderklachten bezoekt de huisarts. Van alle patiënten die de huisarts bezoeken vanwege schouderklachten is 50% na 6 maanden genezen; na 1 jaar is dat 60%.
Het subacromiaal pijnsyndroom (SAPS) is verantwoordelijk voor 70-80% van de schouderklachten. De classificatie van schouderklachten is in de loop der jaren veranderd.
Momenteel worden schouderklachten ingedeeld op basis van de locatie van de klachten: SAPS, glenohumerale klachten, acromioclaviculaire (AC-) en sternoclaviculaire
(SC-)klachten, gerefereerde pijn (‘referred pain’) en minder vaak voorkomende aandoeningen als neuralgische amyotrofie en maligniteiten. SAPS, glenohumerale
klachten en klachten van het AC- of SC-gewricht zijn aspecifieke diagnoses en mogen worden beschouwd als paraplu term voor specifieke oorzaken van schouderpijn,
zoals bursitis of ‘frozen shoulder’.
|
Bronnen:
- Ned Tijdschr Geneeskd. 2022;166:d6848
|