Het onderstaande is de letterlijke vertaling van de samenvatting ('Quick Facts: Just the basics on this topic') uit de online versie van de Merck Manual, consumer version. Lees meer over de Merck Manuals.
In het beenmerg ontstaan alle bloedcellen uit één soort niet-gespecialiseerde cel die stamcel wordt genoemd. Wanneer een stamcel zich deelt, wordt het eerst een onrijpe rode bloedcel, witte bloedcel of bloedplaatjes producerende cel. De onrijpe cel deelt zich vervolgens, rijpt verder en wordt uiteindelijk een volwassen rode bloedcel, witte bloedcel of bloedplaatje. De snelheid waarmee bloedcellen worden aangemaakt, wordt bepaald door de behoeften van het lichaam. Normale bloedcellen gaan een beperkte tijd mee (variërend van een paar uur tot een paar dagen voor witte bloedcellen, tot ongeveer 10 dagen voor bloedplaatjes, tot ongeveer 120 dagen voor rode bloedcellen) en moeten voortdurend worden vervangen. Bepaalde omstandigheden kunnen leiden tot extra aanmaak van bloedcellen. Wanneer het zuurstofgehalte van lichaamsweefsels laag is of het aantal rode bloedcellen afneemt, produceren en geven de nieren erytropoëtine af, een hormoon dat het beenmerg stimuleert om meer rode bloedcellen te produceren. Het beenmerg produceert en geeft meer witte bloedcellen af als reactie op infecties. Het produceert en geeft meer bloedplaatjes af als reactie op bloedingen. Effecten van veroudering op het bloed Veroudering heeft enig effect op het beenmerg en de bloedcellen, wat resulteert in minder celproducerend beenmerg. Hoewel deze afname over het algemeen geen problemen veroorzaakt, kan dit wel het geval zijn wanneer het lichaam een verhoogde vraag naar bloedcellen ervaart: het merg van een oudere persoon kan minder goed aan deze verhoogde vraag voldoen. Bloedarmoede is het meest voorkomende gevolg. Bronnen:
|