Het onderstaande is de letterlijke vertaling van de online versie van de Merck Manual, consumer version. Lees meer over de Merck Manuals. Veroudering leidt tot het dunner worden van de lederhuid en opperhuid. Ook de onderliggende vetlaag kan verloren gaan. De afname van het volume en de algehele effectiviteit van alle drie de huidlagen resulteert in een aantal veranderingen. De huid verliest een deel van haar elasticiteit. Ze wordt droger door een verminderde barrièrefunctie en een verminderde productie van essentiële oliën zoals talg. Het aantal zenuwuiteinden in de huid neemt af, waardoor het gevoel vermindert. Het aantal zweetklieren en bloedvaten neemt ook af, waardoor de huid minder goed kan reageren op blootstelling aan warmte. Het aantal melanocyten neemt af bij het ouder worden, waardoor de huid minder bescherming biedt tegen ultraviolette straling. Al deze veranderingen maken de huid gevoeliger voor schade en langzamer om te genezen. Schade door de zon veroorzaakt de meeste huidveranderingen die mensen associëren met veroudering (zie Overzicht van zonlicht en huidbeschadiging). Langdurige blootstelling aan de ultraviolette straling van zonlicht veroorzaakt fijne en grove rimpels, onregelmatige pigmentatie, bruine en rode vlekken en de ruwe textuur van een aan de zon blootgestelde huid. Het verhoogt ook het risico op huidkanker. Zie ook Structuur en functie van de huid.
Bronnen:
|