Het onderstaande is de letterlijke vertaling van de online versie van de Merck Manual, consumer version. Lees meer over de Merck Manuals. Artsen kunnen inspanningsproeven gebruiken om mensen met een mogelijke longaandoening te beoordelen. Deze tests verschillen van inspanningsstresstests die worden gedaan om hartaandoeningen vast te stellen. De twee meest voorkomende vormen van inspanningstesten zijn de
(Zie ook anamnese en lichamelijk onderzoek bij longaandoeningen). Zes-minuten-wandelingstest Deze test wordt gebruikt vóór longtransplantatie en longvolumereductiechirurgie, om de respons op behandelingen en longrevalidatie te controleren en om het risico op invaliditeit of overlijden te voorspellen bij mensen met hart- en longaandoeningen. Cardiopulmonale inspanningstest Cardiopulmonale inspanningstests bepalen voornamelijk of de inspanningscapaciteit van een persoon normaal of verminderd is en als deze verminderd is, of de vermindering te wijten is aan hart- en/of longproblemen of een verminderde conditie. De test ontdekt problemen in een eerder stadium dan tests die minder uitgebreid zijn of alleen in rust worden uitgevoerd. Artsen kunnen cardiopulmonale inspanningstests ook gebruiken om de reactie van een persoon op een behandeling te controleren en om oefeningen in longrevalidatieprogramma's te begeleiden. Bronnen:
|