|
Op snijplanken, kranen en gootstenen zijn explosies van bacteriën te vinden. Toch zijn dat niet de smerigste plekken in huis.
Waar vind je die dan wel? Voornamelijk in de keuken!
-
poep in de keuken doordat we onze handen niet wassen nadat we naar de wc zijn geweest.
En als we onze handen wel wassen, dan doen we het verkeerd. Vuil komt aan de handdoek.
Dus zelfs al weet de volgende persoon wel hoe het moet, dan krijgt hij de bacteriën tijdens het afdrogen toch aan zijn handen.
-
poepbacteriën kennen nóg een weg naar de keuken: via vlees.
In het slachthuis doen ze hun best om de ingewanden van de dieren intact te laten zodat er niets uit lekt. Toch zitten er vaak sporen van darminhoud op vlees.
Dat hoeft niet erg te zijn. Tijdens het bakken sterven de bacteriën. Maar voordat vlees de pan in gaat, ligt het vaak op een snijplank. En onze vingers komen weer aan het gasfornuis, de koelkast en de kraan. Het zal niet verrassen dat microbiologen op die plaatsen regelmatig darmbewoners tegenkomen, waarbij de snijplank het vaakst besmet is.
- op groente en fruit worden ook poepbacteriën gevonden, zij het lang niet zo vaak als op een vleeslap
-
gebruik daarom aparte snijplanken voor groente en vlees. En was de plank meteen af met water en zeep, laat hem daarna goed drogen.
Daarmee voed je wel een nog dichter bevolkt broeinest voor bacteriën: de gootsteen.
-
de gootsteen is een nog dichter bevolkt broeinest voor bacteriën. Wanneer is die voor het laatst geschrobd?
Het is er lekker vochtig, wat bacteriën heerlijk vinden.
-
vaatdoekjes.
Er ligt een rood plasje vleessap wat je opveegt met een doekje, dat al nat ligt te wezen naast de kraan.
Gefeliciteerd, je hebt zojuist je aanrecht besmet. Op 1 vierkante centimeter doek leven miljarden bacteriën.
Het liefst voorkom je dat een doekje een biologisch wapen wordt.
In een nat dweiltje krijg je uitgroei van bacteriën.
Vervang doekjes daarom elke dag. En gebruik het doekje uit de keuken niet op de wc en andersom.
-
sponsjes.
Maar sponsjes zijn nog erger dan vaatdoekjes.
Je krijgt ze vanbinnen niet droog. Bacteriën nestelen zich diep in de spons, hechten zich vast en vieren een feestje.
Het zijn de dichtstbevolkte gebieden in huis.
- de kattenbak staat in de keuken. Dat beest doet zijn ding en komt daarna op het aanrecht kijken of er wat te jatten valt
- de hond is net uitgelaten en zet zijn voorpoten op het aanrecht. Eens zien of er nog wat lekkers ligt
- de boodschappentas heeft in de winkel op de grond gestaan. Waar zet je hem neer als ik thuiskom? Op het aanrecht. Dan hoef je je niet af te vragen hoe er stront op het aanrecht komt
- de boodschappen stoppen we in onze zelf meegenomen tas, maar die wassen we nooit
Het lijkt een wonder dat we niet vaker ziek zijn. Maar het gaat er niet alleen om hoevéél bacteriën ergens zitten.
De vraag is of het schadelijke bacteriën zijn en of je een goede weerstand hebt.
De meeste bacteriën kunnen geen kwaad. En het zuur in je maag en andere verdedigingsmechanismen in je lijf weten ziekmakers effectief uit te schakelen.
|