Klopsensor(en) pingelen
Met behulp van de 'klopregeling' wordt de motor tegen de negatieve gevolgen van een 'kloppende' verbranding beschermd. Met 'kloppen' wordt hier bedoeld: ongekontroleerde (spontane) verbranding van het brandstofmengsel. Omdat kloppen na verloop van tijd tot motorschade leidt, moet het worden geconstateerd. Kloppen onstaat door brandstof met een te laag octaangetal of (in combinatie met) motorische invloeden zoals een hoge compressie. Bij kloppen ontstaan aanzienlijke drukvariaties (trillingen) in de verbrandingsruimte, die geluidssignalen in het motorblok veroorzaken. Deze trillingen worden met behulp van klopsensoren opgespoord. Een klopsensor bestaat in principe uit een seismologische gewicht en een piezo-keramiek. Als gevolg van de trillingen slaat de seismologische massa tegen het piezo-keramiek en daardoor ontstaat een elektrische stroom welke door de ECU wordt gemeten. Als de ECU kloppen ontdekt dan wordt het ontstekingstijdstip aangepast (verlaat) en wordt er een foutcode opgeslagen.
Klopsensor 1 = G61
Klopsensor 2 = G66
Klopsensor 3 = G198
Klopsensor 4 = G199
Let op: bij foutcodes betreffende kloppen (pingelen) moet je twee dingen onderscheiden:
OF dat er pingelen geconstateerd is: 00577 00578 00579 00580 00581 00582 00583 00584 17725 17726 17709 17710 17711 17712 17733 17734 17735 17736 17737 17738 17739 17740 17741 17742 18768 18769 18770 18771 18772 18773 18774 18775 18776 18777 18778 18779
OF dat er een fout in een klopsensor of klopregeling is geconstateerd (dus geen pingelen): 00524 00535 00536 00540 16708 16709 16710 16711 16712 16713 16714 16715 16716 16717 16718 17727 17728 17729 17730 17731 17732 P032A P032B P032C P032D P032E P033A P033B P033C P033D P033E P132A P132B
Deze pagina is voor het laatst bijgewerkt op 21 juli 2014. |