Ergotherapie meer fundamentals  

 Het onderstaande is de letterlijke vertaling van de online versie van de Merck Manual, consumer version.    Lees meer over de Merck Manuals.

Let op:  in deze pagina moeten nog de broodnodige links worden aangebracht.

Wat is het?
Ergotherapie, een onderdeel van revalidatie, is bedoeld om iemand beter in staat te stellen om basale zelfzorgactiviteiten, nuttig werk en vrijetijdsactiviteiten uit te voeren. Deze activiteiten omvatten dagelijkse basisactiviteiten (zoals eten, aankleden, baden, verzorgen, naar het toilet gaan en transfers, bijvoorbeeld van een stoel naar het toilet of bed) en complexere dagelijkse activiteiten (zoals maaltijden bereiden, een telefoon of computer gebruiken, de financiën of het dagelijkse medicijngebruik beheren, boodschappen doen en autorijden).

Ergotherapie richt zich op de coördinatie van vele vaardigheden die nodig zijn voor zelfs eenvoudige activiteiten:

  • het vermogen om te voelen en te bewegen
  • het vermogen om een plan te maken en uit te voeren
  • het vermogen om de activiteit te willen doen en door te zetten tot deze voltooid is

Deze vaardigheden kunnen op veel manieren aangetast zijn.

Ergotherapeuten kunnen beperkingen ontdekken door de persoon te observeren, door specifieke tests uit te voeren (zoals evenwichtstests) en door te praten met andere zorgverleners, familieleden of verzorgers.

Therapeuten beoordelen de behoeften door te observeren hoe de persoon een activiteit uitvoert in een natuurlijke omgeving. Ze proberen mogelijke problemen met de sociale en fysieke omgeving te identificeren. Ze evalueren het huis op gevaren die de persoon kunnen hinderen bij het uitvoeren van een activiteit. Ze kunnen dan manieren aanbevelen om het huis veiliger te maken. Ze kunnen bijvoorbeeld aanraden om fellere verlichting te gebruiken, elektrische snoeren te verwijderen die door gebieden lopen waar mensen lopen, of snoeren aan de vloer vast te maken. Therapeuten evalueren ook de steun die familieleden en andere mensen bereid zijn te bieden.

Speciaal opgeleide therapeuten kunnen de rijvaardigheid van de persoon evalueren om te bepalen of omscholing nodig is (zie De oudere bestuurder).

Er zijn veel gespecialiseerde hulpmiddelen beschikbaar om mensen te helpen functioneren, zoals grijpers en keukengerei met grote handgrepen.

Mensen met beperkingen werken samen met de ergotherapeut om doelen te bepalen en te prioriteren en om geschikte technieken en activiteiten te selecteren. Als mensen bijvoorbeeld moeite hebben met eten met keukengerei, kan de therapie activiteiten omvatten die de fijne motoriek ontwikkelen, zoals het inbrengen van knijpers op een knijperbord. Een geheugenspel kan de herkenning en herinnering verbeteren. Adaptieve technieken kunnen mensen helpen hun sterke kanten te gebruiken om beperkingen te compenseren. Iemand met een verlamde arm kan bijvoorbeeld nieuwe manieren leren om zich aan te kleden, schoenen te strikken en knopen vast te maken. Activiteiten worden uitdagender gemaakt naarmate mensen beter worden.

Hulpmiddelen
Ergotherapeuten bevelen hulpmiddelen aan die mensen kunnen helpen onafhankelijker te functioneren (hulpmiddelen). Ergotherapeuten trainen mensen in het gebruik van hulpmiddelen en kunnen bepaalde hulpmiddelen maken en aanpassen. Deze hulpmiddelen omvatten het volgende:

Orthesen, ook wel orthesen genoemd, ondersteunen beschadigde gewrichten, ligamenten, pezen, spieren en botten. De meeste worden op maat gemaakt op basis van de behoeften en anatomie van de persoon. Orthesen worden vaak gebruikt in schoenen, waar ze het gewicht van de persoon verplaatsen naar verschillende delen van de voet om verloren functies te compenseren, om te voorkomen dat een probleem zich ontwikkelt, om te helpen gewicht te dragen, om pijn te verlichten en om ondersteuning te bieden. Therapeuten kunnen orthesen maken en aanmeten. Orthesen zijn vaak erg duur en worden niet vergoed door de verzekering.

Spalken kunnen worden gebruikt om te voorkomen dat gewrichten vastvriezen in een gebogen stand. Wanneer mensen een ledemaat niet normaal bewegen (bijvoorbeeld wanneer ze artritis hebben of verlamd zijn door een beroerte), heeft het ledemaat de neiging om iets te buigen en in die positie te bevriezen. Spalken die de ledemaat recht houden kunnen helpen voorkomen dat het gewricht bevriest.

Loophulpmiddelen zijn onder andere looprekken, krukken en wandelstokken. Ze helpen mensen hun gewicht te ondersteunen, hun evenwicht te bewaren of beide. Elk hulpmiddel heeft voor- en nadelen en is verkrijgbaar in vele modellen. Ergotherapeuten kunnen mensen helpen om het hulpmiddel te kiezen dat het beste bij hen past.

Met een rolstoel kunnen mensen die niet kunnen lopen, zich verplaatsen. Sommige zelfrijdende modellen zijn zeer stabiel. Met deze modellen kunnen mensen over oneffen terrein en over stoepranden rijden. Andere modellen zijn ontworpen om geduwd te worden door een assistent. Deze modellen zijn minder stabiel en langzamer.

Scootmobielen zijn door batterijen aangedreven karretjes op wielen met een stuur of helmstok. Ze hebben een snelheidsregeling en gaan achteruit en vooruit. Scooters worden gebruikt op stevige, vlakke oppervlakken binnen en buiten gebouwen, maar ze kunnen niet gebruikt worden op trappen of stoepranden. Ze zijn nuttig voor mensen die kunnen staan en alleen korte afstanden kunnen lopen - bijvoorbeeld van en naar de step.

Prothesen zijn kunstmatige lichaamsdelen, meestal ledematen (zie Ledemaatamputatie). Als er bijvoorbeeld een arm is geamputeerd, kunnen therapeuten een kunstarm aanbevelen met een tang die nodig is om een gebruiksvoorwerp vast te houden. De meeste ergotherapeuten kunnen mensen bij wie een ledemaat is geamputeerd, trainen in het gebruik van hun kunstledemaat of andere hulpmiddelen om hen te helpen bij dagelijkse activiteiten.

Wist u dat...
  • Ergotherapeuten mensen helpen om specifieke dagelijkse activiteiten uit te voeren die moeilijk zijn geworden door een aandoening of letsel.


Bronnen:

Laatste wijziging: 17 oktober 2024 Colofon  Disclaimer  Privacy  Zoeken  Copyright © 2002- G. Speek

  Einde van de pagina