Het onderstaande is de letterlijke vertaling van de online versie van de Merck Manual, consumer version. Lees meer over de Merck Manuals.
Het aantal bloedplaatjes (het aantal bloedplaatjes dat in de bloedbaan circuleert) is meestal ongeveer 140.000 tot 440.000 bloedplaatjes per microliter (140 tot 440 × 109 per liter). Het aantal bloedplaatjes kan variëren afhankelijk van de menstruatiecyclus. Het kan afnemen tegen het einde van de zwangerschap (zwangerschaps-trombocytopenie) en toenemen als reactie op een ontsteking (secundaire of reactieve trombocytose). Geen van deze aandoeningen is ernstig en de meeste getroffen mensen hebben geen problemen als gevolg van een van beide. Trombocytenstoornissen omvatten:
Elk van deze aandoeningen kan problemen met de bloedstolling veroorzaken. Bij essentiële trombocythemie groeien de beenmergcellen die bloedplaatjes maken overmatig en maken ze te veel bloedplaatjes ondanks dat er geen andere aandoening is geïdentificeerd. Verrassend genoeg veroorzaakt het verhoogde aantal bloedplaatjes meestal overmatig bloeden in plaats van stolling. Artsen geven mensen soms aspirine om het risico op abnormale bloedstolling te verlagen als ze een vaatziekte hebben of een verhoogd risico op een hartaanval lopen. Soms zijn medicijnen nodig om het aantal bloedplaatjes te verlagen. Bij reactieve trombocytose stimuleert een andere medische aandoening het beenmerg om te veel bloedplaatjes te maken (de bloedplaatjes worden gemaakt als reactie op de andere aandoening). Dergelijke aandoeningen zijn onder andere infecties, chronische ontstekingen (zoals bij reumatoïde artritis en inflammatoire darmziekten), ijzertekort en bepaalde vormen van kanker. Het verhoogde aantal bloedplaatjes veroorzaakt meestal geen verhoogd stollings- of bloedingsrisico. Er is geen specifieke behandeling nodig voor het hoge aantal bloedplaatjes, maar de onderliggende aandoening moet mogelijk wel behandeld worden. Bij trombocytopenie zijn er veel oorzaken van een verlaagd aantal bloedplaatjes. De oorzaken worden over het algemeen onderverdeeld in oorzaken die te maken hebben met een verminderde aanmaak van bloedplaatjes en oorzaken die te maken hebben met een verhoogde vernietiging of verlies van bloedplaatjes. Bij bloedplaatjesdisfunctie hebben mensen wel het juiste aantal bloedplaatjes, maar functioneren de bloedplaatjes niet normaal. Symptomen Mensen met te veel bloedplaatjes kunnen dezelfde symptomen van bloedingen hebben als mensen met te weinig bloedplaatjes, omdat een zeer hoog aantal bloedplaatjes genoeg van een belangrijke stollingsfactor (een eiwit in het bloed dat met bloedplaatjes samenwerkt om het bloed te laten stollen) kan absorberen om een bloeding te veroorzaken. Sommige mensen hebben echter symptomen die worden veroorzaakt door abnormale bloedstolsels. Mensen kunnen bijvoorbeeld een gezwollen been hebben door een bloedstolsel in een ader in hun been, of ze kunnen gevoelloosheid en zwakte hebben door een bloedstolsel in hun hersenen dat een beroerte veroorzaakt. Diagnose Artsen kunnen veel bloedplaatjesaandoeningen diagnosticeren met een eenvoudig bloedonderzoek (een compleet bloedbeeld [CBC]), waarbij het aantal bloedplaatjes wordt gemeten. Er kunnen speciale tests nodig zijn om een dysfunctie van de bloedplaatjes te diagnosticeren. Bronnen:
|