Let op: in deze pagina moeten nog de broodnodige links worden aangebracht.
Elke nier produceert continu urine, die vervolgens via de urineleider met een lage druk in de blaas wordt afgevoerd. Vanuit de blaas stroomt de urine via de urinebuis het lichaam uit. Bij mannen bevindt de urinebuis zich in de penis. Bij vrouwen eindigt de urinebuis in de vulva (het gebied van de uitwendige vrouwelijke geslachtsorganen). Meestal is de urine vrij van bacteriën en andere infectieuze organismen.
Complicaties van urinewegafwijkingen
Elke aangeboren afwijking die de urinestroom blokkeert of vertraagt, kan ervoor zorgen dat de urine stagneert, wat kan leiden tot urineweginfecties (UTI's) of de vorming van nierstenen. Als de urinestroom geblokkeerd is, kan dit pijn of schade aan de nier veroorzaken. Urinereflux treedt meestal op bij afwijkingen aan de verbinding tussen een urineleider en de blaas. Normaal gesproken laat de verbinding de urine slechts één kant op stromen, van de nieren naar de blaas. Defecten aan de verbinding kunnen ervoor zorgen dat de urine terugstroomt van de blaas naar de nier (urinereflux). Daarnaast kunnen andere afwijkingen die de urinestroom blokkeren de druk in de blaas verhogen en reflux veroorzaken. Reflux kan één of beide kanten aantasten. Reflux en/of frequente infecties kunnen na verloop van tijd de nieren en urineleiders beschadigen. Nierschade kan een hoge bloeddruk en, in zeldzame gevallen, nierfalen veroorzaken. Ernstige urinewegafwijkingen bij een foetus kunnen ertoe leiden dat er weinig of geen urine wordt geproduceerd. De urine van de foetus maakt deel uit van het vocht dat de foetus in de baarmoeder omgeeft (het zogenaamde vruchtwater). Als de foetus niet voldoende urine produceert, neemt de hoeveelheid vruchtwater af. Als er te weinig vruchtwater is, kunnen de longen, het hart, het gezicht en de ledematen van de foetus zich abnormaal ontwikkelen. Ernstige afwijkingen kunnen fataal zijn terwijl de foetus zich nog in de baarmoeder of kort na de geboorte bevindt. Symptomen van aangeboren afwijkingen aan de nieren en urinewegen Symptomen Wanneer urinewegafwijkingen wel symptomen veroorzaken, kunnen kinderen last hebben van:
Kinderen met een urinewegobstructie lopen ook een verhoogd risico op aanzienlijke urinebloedingen na een klein letsel, omdat de nier onder druk staat. Diagnose van aangeboren afwijkingen aan de nieren en urinewegen Diagnose
Vóór de geboorte worden urinewegafwijkingen vaak door artsen ontdekt tijdens een routinematige prenatale echografie of andere routinematige screeningstests voor erfelijke aandoeningen. Als artsen na de geboorte vermoeden dat een kind een urinewegafwijking heeft, doen ze meestal beeldvormend onderzoek zoals een echografie, computertomografie (CT), nucleaire scans en magnetische resonantiebeeldvorming (MRI). Soms voeren artsen intraveneuze urografie of cystoscopie uit. Bij cystoscopie kijken artsen in de blaas en plasbuis via een flexibele kijkbuis, een zogenaamde cystoscoop (een type kijkbuis). Om bepaalde afwijkingen aan de urinewegen te diagnosticeren, voeren artsen soms een onderzoek uit dat mictiecysto-urethrografie (VCUG) wordt genoemd. Voor mictiecysto-urethrografie wordt een katheter via de plasbuis in de blaas gebracht. Er wordt een vloeistof (contrastmiddel) via de katheter ingebracht die zichtbaar is op röntgenfoto's. Er worden röntgenfoto's gemaakt voor, tijdens en na het plassen. Naarmate kinderen groeien, kunnen deze onderzoeken met vaste tussenpozen worden herhaald om te beoordelen hoe de blaas, plasleiders, plasbuis en nieren zich ontwikkelen of functioneren en om te beoordelen of het kind de afwijking is ontgroeid. Behandeling
Afwijkingen die symptomen veroorzaken of die leiden tot verhoogde druk in de nieren of blaas, moeten meestal operatief worden gecorrigeerd.
Bronnen:
|