Keizersnede meer vrouwen  

 Meer normale bevalling en weeën
  Overzicht van bevalling en kraambed    Foetale hartslagmonitoring tijdens de bevalling    Inductie van de bevalling    Keizersnede    Pijnbestrijding tijdens de bevalling    Te langzaam verlopende bevalling    Vaginale bevalling    Vaginale bevalling, operatief    Weeën 

 Het onderstaande is de letterlijke vertaling van de samenvatting ('Quick Facts: Just the basics on this topic') uit de online versie van de Merck Manual, consumer version.    Lees meer over de Merck Manuals.

Let op:  in deze pagina moeten nog de broodnodige links worden aangebracht.

Wat is het?
Een keizersnede is een operatie om je baby ter wereld te brengen via een snee in je buik en baarmoeder.

   Waarom zou ik een keizersnede moeten ondergaan?   
Je kunt een keizersnede nodig hebben als de arts denkt dat het veiliger is voor jou of je baby dan een vaginale bevalling, bijvoorbeeld wanneer:

  • je bevalling lang duurt
  • je baby in een ongebruikelijke positie ligt, zoals in stuitligging (billen eerst)
  • je baby in gevaar is (foetale nood) en meteen ter wereld gebracht moet worden
  • je bloedt te veel
  • je hebt eerder een keizersnede gehad

Kan ik vaginaal bevallen als ik eerder een keizersnede heb gehad?

Je kunt misschien vaginaal bevallen als je maar één keizersnede hebt gehad en de snede (incisie) in het onderste deel van je baarmoeder zat. Als je meer dan één keizersnede hebt gehad, zullen de meeste artsen willen dat je een keizersnede ondergaat bij eventuele volgende zwangerschappen. Je arts zal je helpen beslissen welke vorm van bevalling het veiligst is voor jou en je baby.

   Wat gebeurt er tijdens een keizersnede?   
Er kunnen verschillende mensen in de kamer zijn tijdens je keizersnede, waaronder:

  • een verloskundige (een arts die voor zwangere vrouwen zorgt en baby's ter wereld brengt)
  • een anesthesist (een arts die je pijnstillers geeft en je in slaap brengt voor de operatie)
  • soms een kinderarts (een arts die voor baby's en kinderen zorgt)
  • verpleegkundigen

Artsen geven je medicijnen zodat je geen pijn voelt tijdens de operatie. Meestal spuiten ze verdovende medicijnen in je rug. Het verdovende medicijn zorgt ervoor dat je geen pijn voelt onder je middel.

Artsen halen je baby eruit via een chirurgische snede in je buik en baarmoeder. De snede kan in het onderste of bovenste deel van je baarmoeder zijn:

Onderste incisie (snede): Dit komt vaker voor. Het veroorzaakt minder bloedverlies en geneest meestal beter.

Bovenste incisie (snede): Artsen gebruiken dit alleen als het moet, zoals wanneer:

  • je placenta previa hebt (wanneer de placenta zich vasthecht aan het verkeerde deel van je baarmoeder)
  • je baby zijwaarts in je baarmoeder ligt
  • je baby erg vroeg geboren is
  • je baby een geboorteafwijking heeft

Artsen hechten je baarmoeder en buik dicht. Je krijgt antibiotica en een bloedtransfusie om het verloren bloed te vervangen, als je dat nodig hebt.

Je arts zal je snel na een keizersnede laten rondlopen. Wandelen helpt de vorming van bloedproppen in je benen of bekken te voorkomen. Bloedstolsels in je benen kunnen in je longen terechtkomen en daar ernstige problemen veroorzaken.

   Hoe veilig is een keizersnede?   
Medicijnen en bloedtransfusies helpen om een keizersnede veilig te maken. Vergeleken met een vaginale bevalling veroorzaken keizersneden:

  • meer pijn na de bevalling
  • een langer verblijf in het ziekenhuis
  • een langere hersteltijd

Bronnen:


  Einde van de pagina